16 september 2014

De volle agenda van een kind van 5

Om 14.00 uur staat onze afspraak en zoals gebruikelijk is ze stipt op tijd. Dat is altijd weer een fijn begin, omdat ze dan precies in onze planning past. We hebben het erg getroffen met onze ambulant begeleider en hebben na iedere afspraak het gevoel dat het gesprek van meerwaarde was.

De kinderen zijn op school en de boodschappen opgeruimd. Ik had vandaag voor het eerst pleinwacht tijdens het overblijven en daarna nog een momentje in huis voor onze deurbel klonk. We gaan zitten in de woonkamer. Puntsgewijs brengen we haar op de hoogte van de stand van zaken. Nu we onze afspraken niet meer wekelijks maar met tussenpozen plannen zijn er verschillende nieuwe ontwikkelingen te bespreken. We hebben het onder andere over E en haar drukke planning. De bezigheden in groep 3 en de omschakelingen naar dagbehandeling op de woensdag. De zwemlessen van 2 uur elke maandag. Het kinderkoor dat we begonnen is op woensdagavond en de zorgboerderij waar ze op zaterdag naar toe gaat.

Als ik 'vroeger' van kinderen hoorde met zulke volle agenda's dan had ik mijn oordeel al klaar. Ik sprak het niet uit maar liet er zo mijn gedachtes over gaan. 'Waarom moeten kinderen bij allerlei clubjes zitten?' 'Kinderen hebben recht op vrije tijd, om zelf in te vullen en lekker buiten te spelen!' Nu we in dit ritme zijn gerold denk ik daar heel anders over. Natuurlijk zou ik E -en onszelf- best meer ademruimte gunnen in de agenda. E stootte vorige week op een overprikkeld moment eruit dat ze 'nooit een dag vrij heeft!' En gelijk heeft ze. Alle dagen school en dan zaterdag naar de boerderij en zondag naar de kerk.

Maar dan proberen we te bedenken wat we zouden kunnen minderen. School natuurlijk niet en ook zwemles blijft. Gelukkig heeft ze het daar enorm naar haar zin en blijkt ze er heel erg goed in. Zelfs sociaal komt ze heel goed uit de hoek want hoewel ze zich tijdens het zwemmen volledig op haar taken concentreerd en het beste van zichzelf laat zien, zit ze tijdens het wachten op de rand elke keer te spetteren en giechelen met een meisje uit haar groep. Voor dagbehandeling hebben we de einddatum afgesproken. Dat is fijn. Dan zijn de weken niet meer gebroken en kan E energie besparen die ze nu nodig heeft voor de lange ritten en uitdagingen op de deeltijd. Nog twee keer te gaan.
Dan bezoekt ze nog de zorgboerderij, dit kost E haar zaterdag. Maar het is de beste keus ooit. Terwijl ze zich vermaakt met paardrijden, konijnen en cavia's voeren, trampolinespringen en ander boerderijgebeuren wordt ze uitgedaagd in allerlei sociale situaties zodat er zonder dat zij daarvan weet allerlei doelen worden nagestreeft. Voor E is het een paradijs. Ze is gek op paarden en alles wat ermee te maken heeft. Tot onze verbazing liet ze de eerste dag al flink van zichzelf horen -kletspraatjes- en in de eerste weken laat ze op de boerderij gedrag zien waarmee ze normaal alleen thuis aankomt. Een teken dat ze zich thuisvoelt.

Het enige waarin we nog zouden kunnen schrappen is de zang. Op woensdag van 18.15 tot 19.00 zingt ze bij een kinderkoor van een kerk in ons dorp. Ze vindt het erg leuk en is er al een jaar geleden mee begonnen toen ze nog in groep 2 zat. Het was even wennen omdat er ook oudere basisschoolkinderen komen en ze de jongste was. Aan het begin deed ze niet mee als alle kinderen die op tijd waren voetje van de vloer deden. Ze ging gelijk op haar stoel zitten om te wachten tot de zangjuf begon. Nu doet ze wel mee. Hoewel ik aan haar zie dat ze het spannind vind doet ze toch mee. Omdat de zomervakantie geweest is zijn er verschillende meiden bijgekomen. Allemaal meiden uit haar klas die nu ook in groep 3 zitten.
En nu ze zich zo langzaam aan begint thuis te voelen in haar zangwereldje denk ik dat we iets kapotmaken als we daarmee stoppen. De indicatie voor de boerderij geldt voor een jaar. Zwemles is ook tijdelijk (en met haar tempo zou het nog wel eens kunnen opschieten). En hoe lastig zou het dan zijn als ze opnieuw moest wennen bij zang? Een activiteit die voor haar zo goed uitpakt nu?

We schetsen de situatie en onze AB reageert met een lach. 'Dit is zó herkenbaar!' zegt ze. Kinderen met ASS problematiek zeggen het vaak: 'ik ben nooit vrij, ik wil ook buitenspelen!' Maar hebben ze vrije tijd (lees: oningevulde tijd) dan kunnen ze daar niets mee en kost het hun bakken met energie. Het buitenspelen van andere kinderen ziet er dan leuk uit, maar voor kinderen met ASS is dat helemaal niet zo gemakkelijk, met tot gevolg dat ze zich nog eenzamer terugtrekken op een veilige plek.

Wat een bevestiging om te horen. Zo is het precies met E. Haar activiteiten zijn veel, maar geven meer ontspanning dan dat ze thuis zonder taak de tijd moet invullen. Bovendien kan ze in haar activiteiten ook met andere kinderen spelen, omdat het heel duidelijk is wat iedereen doet en waarom (zwemmen, zingen, paardrijden). Als we haar de keus zouden geven zou ze zelf ook nooit iets willen opgeven voor meer vrije tijd.

Ik voel me opgelucht over de reactie van onze AB en we gaan alweer verder met het volgende onderwerp; de reïntegratie van B. Een onderwerp die op dit moment wat meer aandacht kan gebruiken. En met E's agenda kijken we het voorlopig maar even aan.

13 september 2014

Nieuwe inspiratie

Ik zat vol inspiratie toen ik begon. Mijn boek. Elke dag kriebelde het om weer nieuwe stukken te tikken en aan het bestand toe te voegen. Op momenten dat ik niet bij mijn laptop in de buurt was vormden zich zinnen in mijn hoofd. Of hele alinea's.
Dat was toen.

Daarna was er heel lang niks. Het bestand was opgeslagen om te wachten op een vervolg. Tussentijds heb ik het nog wel eens voorzichtig geopend. Bang dat het zou tegenvallen. Maar dat deed het niet. Bijna werd ik opnieuw meegezogen en laaide het vuurtje weer op om verder te gaan.

Maar ik sloot weer af. Bewust. Het waren twee redenen. 1. Ik wist dat we nog te druk waren. Teveel hulp kregen. Teveel nieuwe dingen leerden. Dat waren allemaal lessen die ik wilde leren voor ik mijn boek zou verder schrijven. En 2. Ik wist dat het beter zou zijn om er na een langere tijd met een frisse blik naar te kijken. Ik voelde dat ik iets miste, maar kon mijn vinger er niet opleggen en het was nog te pril om er iemand anders naar te laten kijken. (behalve dat Bas alles leest, maar dan bedoel ik iemand die er taaltechnisch feedback over wil geven)

Vorige week was het zover. Opnieuw opende ik het bestand. Weer zat ik er gelijk in. Maar nu vol nieuwe inspiratie.

The story goes on..