29 oktober 2014

Wonderen en hoop

De laatste tijd denk ik regelmatig na over wonderen. In de volksmond heeft dat woord een beetje een bijsmaakje vind ik. Als je er al iets over hoort of leest gaat het al snel over vage dingen en aparte mensen die het meemaken (om maar even flink te generaliseren).
Toch geloof ik dat wonderen bestaan. Ik geloof dat de wonderen die in de bijbel beschreven zijn echt gebeurd zijn. Ik geloof ook dat dezelfde wonderen vandaag de dag nog kunnen gebeuren. Dit kunnen hele bijzondere dingen zijn - verlamden die weer lopen of blinden die kunnen zien- maar ook dagelijkse situaties die veranderen op een manier die je zelf niet zou kunnen bedenken. 

Gister sprak ik een vriendin met een vergelijkbare thuissituatie als de onze. Er is alleen een groot verschil. Je zou kunnen zeggen dat zij zich in hun levensgrafiek in een diep dal zitten en dat wij thuis precies een piek te pakken hebben. Ik begrijp precies hoe zij zich moet voelen omdat er voor onze piek ook de nodige dalen vooraf zijn gegaan. Het gaat altijd op en neer, om bij een nieuwe piek te komen moet er altijd weer een dal aan vooraf gaan.
In de dalen van onze situatie voelde ik me soms vreselijk machteloos. Het leven spoelde als een grote golf in de verkeerde richting. Ik bleef maar zwemmen, maar er leek geen doorkomen aan en voor mijn gevoel dreven we steeds verder af. Met al onze problemen zochten we hulp en houvast, maar elke keer volgde er teleurstelling op hoop en moesten we zoeken naar nieuwe strohalmpjes om ons aan vast te klampen.

Menselijk gezien zijn wij vaak vastgelopen. Op alle vlakken van ons leven. Werk, familie, vrienden, kerk, buren en ook ons eigen gezin. En ook allemaal tegelijk. Behoorlijk hopeloos perspectief als je het zo bekijkt. Dit perspectief zie ik helaas ook bij anderen terug als ik lees wat mensen met autisme (of hun partners) schrijven.  

Toch is er hoop. Onze hoop is op God en Hij stelt niet teleur. Ook al kon ik vanuit mijn dal de toekomst nog niet overzien en kon ik me niet voorstellen dat er van onze situatie nog iets te maken viel, Hij was er. Hij heeft wonderen verricht in ons leven en vanaf de piek waar we nu staan kan ik het prachtig overzien. Ik zie de jaren die we gehad hebben en de relaties die herstelt zijn met familie. De ontwikkelingen op het gebied van werk. De rust in ons gezin en zelfs in het contact met de buren liet God ons zien dat niets onmogelijk is (hier kom ik later op terug).

Het is zo fijn dat God grootheid niet afhankelijk is van onze inspanning. Juist omdat we op Hem mogen leunen hebben wij hoop. De vriendin die ik sprak stuurde mij de link van een prachtig toepasselijk nummer. Voor iedereen die op dit moment in eenzelfde dip zit wil ik aanraden het te luisteren. En houd hoop, voor God is niets onmogelijk!

Klik hier om te luisteren.

Spreuken 3:5,6 zegt: Vertrouw op de Heer met heel je hart, en steun niet op je eigen verstand. Ken Hem in al je wegen en Hij zal je paden recht maken.

21 oktober 2014

Zwemles

Ik laat me zakken in mijn stoel en heb uitzicht op allebei mijn dochters. Gauw trek ik mijn trui uit, schenk mezelf een kopje thermoskoffie in en neem mijn boek op schoot. Terwijl ik langzaam acclimatiseer in de warme chloorlucht geniet ik van het vooruitzicht. Twee uur genieten. Ik had nooit gedacht dat ik dit zo leuk zou vinden, maar ik vind het fantastisch. Mijn boek ligt er bijna meer voor de vorm. In twee uur tijd kom ik maar een paar bladzijden vooruit omdat ik mijn ogen niet van de meiden af kan houden.

Ze zijn een aantal weken geleden samen voor hun A diploma begonnen. E stroomde na twee weken al door naar het tweede badje en heeft het derde badje zelfs overgeslagen. Nu zwemt ze in het afzwemgroepje. S zwemt in het tweede badje en is daar eigenlijk ook al eerder aangekomen dan het zwembad gemiddeld voorspelde. Dat ze er zo'n plezier in hebben is er waarschijnlijk ook de reden van dat ik elke week zit te genieten.

Vandaag zwemmen ze van 8.00 tot 10.00 uur. Het zwembad is nog in de vakantiemodus, maar de meeste kinderen moeten al naar school. Gelukkig hebben wij studiedag. De meisjes hebben -ieder in een groepje van twee- praktisch privéles vandaag.

Voor me zie ik E wegzwemmen, ze kijkt achterom. Haar gezichtje staat strak van de spanning. Ze doet precies wat de juf gezegd heeft, maar is verward omdat het jongetje waarmee ze samen zwemt dat niet doet. Terwijl ze doorzwemt blijft ze het jongetje in de gaten houden. Op het moment dat de juf de instructies voor het jongetje herhaalt zie ik E haar hoofd omdraaien en kan ze zich weer op zichzelf concentreren. Ze werkt nauwkeurig en doet precies wat de juf haar verteld.

Mijn blik wordt getrokken door S. Ze staat op de kant en houdt haar juf nauwlettend in de gaten. Het jongetje van haar groepje is bijna aan de overkant en dan is ze zelf aan de beurt. S is een heerlijk oningewikkeld kind. Als je haar zo ziet staan is het alsof ze nog geen enkel muurtje om haar ziel heeft gebouwd. Ze is kwetsbaar en onbevangen ineen en dat straalt er vanaf. Ik zie dat ze gek is op deze zwemjuf en dat ze -gevoelig als ze voor de complimentjes is- haar uiterste best doet. Ze krijgt een seintje en plonst in het water. Met mooie halen gaat ze op haar juf af. Deze juf is van het type 'kleuterjuf'. Haar gezicht is altijd lachend. De opdrachten klinken rustig en vriendelijk maar de complimenten luid en duidelijk. De juf waar E vandaag bij zwemt heeft dat andersom. Haar gezicht is strenger en haar stem hard. De opdrachten klinken luid en duidelijk maar de complimentjes zijn rustiger.

Het hoogtepunt is natuurlijk het duiken. De hoepels en het rode gat worden tevoorschijn gehaald en allebei de meiden laten zichzelf van hun beste kant zien. S vond het eerder nog wel spannend maar zwemt vandaag voor het eerst acht tellen onder water, wat haar de nodige complimenten oplevert.
E zwemt de afstand tot het gat moeiteloos. Omdat ze haar ogen dicht houdt moet de juf het gat wel opzij bewegen om haar erdoor te laten komen. Teruggezwommen klimt ze met haar mond vol water op de kant. Ze spuit het er met een boogje uit en zegt me dan triomfantelijk "mam, ik kan met een mond vol water slikken en ademen!!" Zo ken ik mijn meisje, die verzint er nog wat persoonlijke uitdagingen bij.

Voor ik het weet is het alweer pauze. Beker limonade. Koekje. Vrijzwemmen in het ondiepe badje. Op een of andere manier spelen ze in de pauze bijna altijd samen. Zonder ruzie. Vandaag maken ze een boogje waar ze om de beurt onderdoor zwemmen. Dan gaan ze het peuterbadje in. Het schuine stukje bodem -waar ondiep over gaat in nog ondieper- trekt E aan. "Mam, dit is ook een glijbaan!" roept ze. Ze gaat zitten en 'glijd' eraf. Ik glimlach. "Dit is ook een glijbaan! Dit is ook een glijbaan!" Ik reageer nu ook met tekst. "Leuk E!" Dan herhaalt ze lachend nog vier keer dezelfde boodschap terwijl ze nog eens eraf glijd. Misschien hoopt ze dat er ook andere kinderen enthousiast worden van haar ontdekking. Dat gebeurt niet en ze gaat weer terug naar het andere badje.

Al snel is de pauze voorbij. De kinderen gaan weer naar hun groepje en ze beginnen weer met baantjes trekken. Na een paar banen schoolslag gaan ze verder op hun rug. Nu zie ik de spanning bij E pas goed. Aan de zijkant van haar gezichtje bollen de wangen zich op. Een van de tics van dit moment. Ik durf te wedden dat je haar kreungeluidjes kunt horen als je naast haar zwemt. Terwijl ze met haar gezicht onbewust een soort opblaaskikker imiteert doet ze haar uiterste best om boven te blijven. Vandaag trekt ze de baantjes op haar rug voor het eerst zonder drijfmateriaal. En met zo'n klein groepje is ze veel vaker aan de beurt, dus ik zie dat het pittig voor haar is.

Dan treffen E en S elkaar ineens aan de overkant van het zwembad als ze gelijktijdig terug moeten zwemmen. Ze haken bij elkaar aan en trekken het hele baantje samen op. Jut en jul. Al kletsend bereiken ze de overkant. Zal mij benieuwen wat ze onderweg allemaal te bespreken hebben.

Als E even later de borstcrawl moet doen wordt het haar bijna teveel. Op haar gezicht zie ik dat ze bijna moet huilen. En dat ken ik niet. E laat nooit een 'bijna-emotie' zien. Het gaat goed of het gaat mis. Nu trekt het weer bij. Ik houd haar goed in de gaten. Dan is het tijd om water te trappelen. 30 tellen. Daarna moeten de armen omhoog, gezicht onder water zakken en opnieuw 30 tellen trappelen. Ik zie dat ze er geen kracht voor heeft. Met haar gezicht op het standje huilen staat het water aan haar lippen. Dan pakt de juf haar aan als ze net onder dreigt te zakken. Ze krijgt een korte uitleg, dat ze ook haar handen mag gebruiken en dat het dan makkelijker is. Als ze het even mag proberen heeft ze gelijk succes. Pfieuw.

Een kwartier voor tijd komt ze bij me. Ze wil niet meer. Dit hebben we nog niet meegemaakt. Over het waarom komt er weinig uit, dus ik probeer haar aan te moedigen nog even vol te houden. De juf roept E erbij en ze maken de les af. Ineens zie ik dat E tussendoor wat extra complimentjes krijgt en met een lachend gezicht sluit ze de les af. Ook S komt lachend aangehobbeld en de juf geeft nog een complimentje mee naar huis hoe goed ze al vooruit gaat. Wat is het toch heerlijk om twee uur lang te kijken en genieten. Zonder zelf te hoeven plannen of vermaken. Ik steek het complimentje in mijn zak en kijk alweer uit naar volgende week.